|
Het regent niet meer! Jippie! Het is nog heel vroeg en we gaan een wandeling maken naar Jackson Head. We gaan door het bos en het is heerlijk stil. Alleen de vogels hoor je fluiten. |
|
|
|
|
We zijn de enige wandelaars denken we en dat is heerlijk. Als we bijna op onze bestemming zijn komt er een onverwachte tegenligger die ons waarschuwt voor de sandflies. Zolang wij lopen door het bos merken we niet dat ze er zijn. |
Na zo'n 25 minuten lopen komen we aan bij de Jackson Head en er schijnen pinguïns te kunnen zitten. We worden gelijk aangevallen door de sandflies. We hebben ons van te voren goed ingesmeerd en ik heb ook de repellent mee. De snadfly komt gewoon op je af en probeert een plek te vinden die niet ingesmeerd is. |
|
|
|
|
Ik blijf met de kinderen spelen bij het water. Er is een klein stroompje die in zee uitmondt en er liggen een hoop keien waar je prima mee kan spelen. Erwin gaat op onderzoek uit of hij wat beestjes kan vinden. Er zijn alleen maar sandflies die op hem afstormen maar moedig probeert hij toch foto's te maken. |
Je hebt wel een beetje het gevoel dat je aan het einde van de wereld bent. |
|
|
|
|
Je ziet hier mooie uitgesleten rotsen. Het is een maf gezicht en er zijn hier veel verschillende dingen te zien. |
Het lijkt net of deze keien elkaar hebben opgezocht en blij zijn om samen te zijn. We worden toch wel een beetje gek van de sandflys en gaan snel weer terug. In het bos is het gelijk beter en we lopen rustig naar de camper. We gaan weer verder op pad. |
|
|
|
|
We gaan via de westkust naar het noorden en zo nu en dan is de kust scenic, zoals bij Ship Creek. Er zijn een aanal rotsen in zee die weer een mooi plaatje gaven. |
Voordat we gaan rijden controleren we of de passagiers vastzitten, of ze iets willen drinken of eten. Ook is er een check of alle kastjes dichtzitten. Dan kan er pas gereden worden. Het is net als in het vliegtuig. |
|
|
|
|
Onderweg zijn er weer een paar vergezichten die mooi zijn om vastgelegd te worden. |
Eenmaal weer wat gedaald komen we langs een rotsstrand. Niet geschikt om pootje te baden. |
|
|
|
|
We rijden naar het dorpje Fox Glacier. We slaan links af om richting Lake Matheson te rijden. We verwachten dat we daar niet mogen overnachten en rijden naar Gillepsies Beach. De weg er naar toe is bochtig, smal en van gravel. Er wordt gewaarschuwd dat het niet geschikt is voor caravans. Na 12 kilometer zijn we op onze eindbestemming, je mag er kamperen en we zijn ook niet alleen. Een stuk of 5 andere campers staan met ons op een grasveldje achter de duinen. |
Je kan een paar wandelingen doen hier, variërend van 40 minuten tot 4,5 uur. We nemen de kortste. We gaan door de duinen wandelen en een lekkere frisse zeebries waait door onze haren. |
|
|
|
|
We komen aan bij een oude "golddregde machine". Het ziet er vreselijk uit en het is ooit goed gebruikt denk ik maar het heeft het ook hier begeven. |
We lopen naar het strand en daar ligt het bezaaid met hout en stenen. |
|
|
|
|
Het levert weer de mooiste plaatjes op. |
Loes is aan het paardrijden. Je vind er de leukste dingen om mee te spelen. |
|
|
|
|
We lopen naar de camping en we verzamelen steentjes. De stenen hebben allemaal wel iets bijzonders, mooie strepen of kleuren. Eigenlijk kunnen we maar weinig laten liggen. |
We willen de zonsondergang zien vanaf het strand en dat levert weer een fraai plaatje op. Hierna gaan we weer snel ons campertje in. We zitten maar 20 meter van het strand dus dat is een makkie. |
|
|
|
|
In de camper spelen we nog wat, de stenen worden versierd met stift en ook Erwins hand wordt wat opgeleukt. dan is het gauw tandjes poetsen en plat. Morgen willen we vroeg weg, de weg is zo smal dat we geen tegenliggers willen treffen en we willen vroeg bij lake Matheson zijn. |
|